De Koran Boven Filosofie

Het Derde Principe

 

Een vergelijking tussen de leer van de Koran en die van de filosofie met betrekking tot het sociale leven van de mensheid.

 

De filosofie beschouwt macht als de basis en kern van het maatschappelijke leven. Ze stelt eigenbelang centraal als doel en ziet het leven als een strijd. Haar manier om mensen te verenigen is gebaseerd op racisme en negatief nationalisme. De gevolgen hiervan zijn het ‘bevredigen van laaghartige verlangens’ en het ‘vergroten van menselijke behoeften’.

 

Echter, macht leidt onvermijdelijk tot agressie. Eigenbelang veroorzaakt strijd, omdat de wereldse voordelen en verdiensten waar mensen naar streven, beperkt zijn. Strijd brengt bovendien altijd conflict met zich mee. Racisme, dat anderen onderdrukt om zichzelf te versterken, leidt onvermijdelijk tot schending van rechten.

 

Dit alles heeft ertoe geleid dat het geluk van de mensheid verloren is gegaan.

 

De wijsheid van de Koran daarentegen neemt ‘rechtvaardigheid’ als uitgangspunt, in plaats van macht. Het stelt ‘deugdzaamheid en het welbehagen van Allah’ centraal als doel, in plaats van eigenbelang. In plaats van strijd kiest het voor ‘samenwerking en wederzijdse hulpverlening’ als levensprincipe.

 

Bovendien verbindt de Koran mensen niet op basis van nationalisme, maar op ‘religieuze, sociale en gemeenschappelijke banden’. Het doel is het beteugelen van laaghartige verlangens, het aanmoedigen van de ziel om hogere en verheven idealen te bereiken, het bevredigen van hoogstaande gevoelens en het leiden van mensen naar menselijke volmaaktheid.

 

Immers, rechtvaardigheid brengt eendracht. Deugdzaamheid bevordert saamhorigheid. Wederzijdse hulpverlening draait om elkaar te hulp schieten. Het kenmerk van religie is broederschap en verbinding. En het beteugelen van het ego en het bevrijden van de ziel door aanmoediging tot volmaaktheid leiden tot gelukzaligheid, zowel in dit leven als in het hiernamaals.