De Wederopstanding
Net zoals zonlicht het bestaan van de zon aantoont, zo ook verkondigen de wondermooie, kunstige, schitterende en opgesierde schepselen in het universum de pracht en subtiliteit van een ongeëvenaarde, immateriële en verborgen schoonheid.[1] Deze vlekkeloze en sacrale schoonheid wijst erop dat zich in elke afzonderlijke naam van Allah vele verborgen schatten bevinden.
Inderdaad, zoals de Bezitter van een dermate verheven, weergaloze en verborgen schoonheid de manifestaties en gradaties ervan in alle schepselen wil waarnemen –in het bijzonder in de bewustzijn dragende en naar Hem verlangende schepselen die als spiegels fungeren voor de manifestaties van Zijn namen– zo wil Hij ook zien hoe deze manifestaties door hen worden waargenomen. Hij wil dus Zijn eigen schoonheid op twee manieren aanschouwen. Hij wil deze zowel direct Zelf in de verscheidene spiegels waarnemen als indirect via de waarnemingen van de verlangende toeschouwers en de verbaasde bewonderaars aanschouwen. Dit betekent dat Hij Zijn schoonheid wil waarnemen en wil laten waarnemen.
[1] Inderdaad, de manifestaties van de schoonheid die in bestaande schepselen worden waargenomen, manifesteren ook in de schepselen die hen opvolgen na hun dood. Dit toont aan dat deze schoonheid niet tot hen behoort, maar dat ze eerder een teken en een aanwijzing zijn voor het bestaan van een onberispelijke en heilige schoonheid.