De Wederopstanding
De vijfde waarheid: de vergankelijke schepselen zijn niet geschapen om in non-existentie te vallen, dus kortstondig te verschijnen en vervolgens te verdwijnen. Zij hebben veeleer een kortstondig bestaan en bereiken een voorbestemde toestand, opdat hun gedaantes waargenomen, hun beelden opgeslagen, hun betekenissen begrepen en hun resultaten opgenomen kunnen worden. Ze zullen voor degenen die in het paradijs eeuwig zullen leven als voortdurende beelden verschijnen en tevens in het oord van eeuwigheid nog andere doelstellingen dienen.
Aangezien een schepsel vanuit één aspect vergaat maar vanuit vele aspecten een eeuwigheid verkrijgt, kan men begrijpen dat het ogenschijnlijk vergaat maar in werkelijkheid zijn plicht heeft vervuld en uit zijn dienst treedt. Dit betekent dat het voor de eeuwigheid is geschapen en niet om in non-existentie te vervallen.
Bijvoorbeeld, een bloem lacht ons kort toe en verhult zich vervolgens achter de sluier van vergankelijkheid. Net zoals een woord de mond verlaat en duizenden echo's in de oren achterlaat en zijn betekenissen –zo talrijk als het aantal luisteraars– aan het verstand overdraagt, zo ook vertrekt een bloem pas nadat ze haar taak heeft vervuld, hetgeen bestaat uit het overbrengen van haar boodschap. Ze verlaat dit oord door haar uiterlijke verschijning in het geheugen te graveren van elk wezen dat haar heeft gezien en door haar eigenschappen in elk zaadje achter te laten. Het is alsof elk geheugen en elk zaadje als een foto functioneren voor het vastleggen van haar schoonheid en als een opslagplaats dienen voor haar voortbestaan.