De Natuur of de Schepper

De derde weg 

 

Dit houdt in dat alles natuurlijk is en dat de natuur alles teweegbrengt. Deze bewering brengt vele onmogelijkheden met zich mee. Ter illustratie zullen we drie ervan behandelen. 

 

De eerste onmogelijkheid

 

Indien een buitengewoon prachtige en doordachte kunst en creatieve vorming in het bestaan,   met name bij levende wezens, niet worden toegeschreven aan de pen van de goddelijke lotsbeschikking van Shems-i Ezèlī en Zijn goddelijke macht, maar in plaats daarvan worden toegeschreven aan blinde, dove en ondoordachte natuur en natuurkrachten, dan dient de natuur in alles ontelbare immateriële machines en drukpersen te vestigen, of in alles een macht en wijsheid toe te passen, waarmee het universum geschapen en beheerd kan worden.

 

De reflecties en weerkaatsingen van de zon zijn bijvoorbeeld te zien in de kleine glasscherven en waterdruppels op het aardoppervlak. Indien deze gereflecteerde ‘miniatuurzonnetjes’ niet worden toegeschreven aan de enige zon in de hemel, dan dient men aan te nemen dat er in iedere glasscherf, waar nog geen topje van een luciferstokje in past, een weliswaar fysiek kleine maar inhoudelijk enorme, natuurlijke zon gevestigd is, met eigenschappen vergelijkbaar met die van de echte zon. Met andere woorden, door het ontkennen van een enkele zon, dient men aan te nemen dat er zoveel zonnen bestaan als het aantal glasscherven.