De Profeetschap van Muhammed (saw)

Voorwaar, als een korte verwijzing naar de onderwijzing welke de wereldreiziger, die met zijn verstand de gelukzalige eeuw had bezocht, heeft verkregen, wordt op de zestiende trede van Het Grootste Teken het volgende onder woorden gebracht:

 

لاَ اِلٰهَ اِلاَّ اللّٰهُ الْوَاجِبُ الْوُجُودِ الْوَاحِدُ الْاَحَدُ الَّذِى دَلَّ عَلٰى وُجُوبِ وُجُودِهِ فِى وَحْدَتِهِ فَخْرُ الْعَالَمِ وَ شَرَفُ نَوْعِ بَنِى اٰدَمَ بِعَظَمَةِ سَلْطَنَةِ قُرْاٰنِهِ وَ حَشْمَةِ وُسْعَةِ دِينِهِ وَ كَثْرَةِ كَمَالاَتِهِ وَ عُلْوِيَّةِ اَخْلاَقِهِ حَتّٰى بِتَصْدِيقِ اَعْدَائِهِ وَ كَذَا شَهِدَ وَ بَرْهَنَ بِقُوَّةِ مِاٰتِ مُعْجِزَاتِهِ الظَّاهِرَةِ الْبَاهِرَةِ الْمُصَدِّقَةِ الْمُصَدَّقَةِ وَبِقُوَّةِ اٰلاَفِ حَقَائِقِ دِينِهِ السَّاطِعَةِ الْقَاطِعَةِ بِاِجْمَاعِ اٰلِهِ ذَوِى الْاَنْوَارِ وَ بِاِتِّفَاقِ اَصْحَابِهِ ذَوِى الْاَبْصَارِ وَ بِتَوَافُقِ مُحَقِّقِى اُمَّتِهِ ذَوِى الْبَرَاهِينِ وَالْبَصَائِرِ النَّوَّارَةِ [1]

 

 

اَلْبَاقِى هُوَ الْبَاقِى

 

 

 

Said Nursi

 

 

 

[1] Er is geen god behalve Allah. Hij is de Noodzakelijke Bestaande en de Ene Unieke van Wiens noodzakelijk bestaan en eenheid door ‘de trots van de wereld’ en ‘de eer der mensheid’ (saw) via de geweldige soevereiniteit van zijn Koran, via de glorieuze alomvattendheid van zijn religie, via zijn veelzijdige volmaaktheden en zijn verheven karakter, dat zelfs door zijn vijanden werd bevestigd, wordt getuigd. Bovendien betuigt en bewijst hij (saw) Zijn noodzakelijk bestaan en Zijn eenheid via de kracht van zijn honderden aanschouwelijke, heldere, bevestigde en bevestigende wonderen, via de kracht van de duizenden stralende en doorslaggevende waarheden van zijn religie, via de eensgezindheid van zijn nakomelingen, via de overeenstemming van zijn ashāb die over inzicht beschikken en via de eensgezindheid van de muhaqqiqīn te midden van zijn volgelingen die over bewijzen en verlicht inzicht beschikken.