De Wederopstanding

De tweede waarheid

Deze betreft de poort naar de vrijgevigheid en genade van Allah en is een manifestatie van Zijn namen el-Kerīm en er-Rahīm.

Is het überhaupt mogelijk dat de Heer van deze wereld –Die via de getuigenis van Zijn handelingen aantoont hoe uiterst vrijgevig, genadevol, eervol en waardig Hij is– de mensen niet zou belonen op een manier dat past bij Zijn vrijgevigheid en genade, en hen niet zou bestraffen op een manier dat past bij Zijn eer en waardigheid?

Inderdaad, wanneer het verloop van het leven in deze wereld zorgvuldig bekeken wordt, valt op dat alle levende wezens –vanaf de zwakste en de meest machteloze tot de sterkste– van passend levensonderhoud worden voorzien.[1] De zwakste en de meest machteloze wezens worden zelfs het beste verzorgd. Elke behoeftige wordt vanuit een onverwachte plaats voorzien in levensonderhoud. De vrijgevigheid waarmee deze gunsten worden verleend is zo verheven, dat heel duidelijk de hand van een grenzeloze vrijgevigheid daarin te zien is.

[1] Het halal levensonderhoud wordt niet verleend op basis van kracht of macht, maar op basis van behoeftigheid. Het absolute bewijs daarvoor is dat machteloze jonge dieren het beste verzorgd worden, terwijl machtige wilde beesten vaak te kampen hebben met schaarste aan voedsel. En eveneens ook dat minst intelligente dieren zoals vissen welvarend en goed gevoed zijn, terwijl de sluwe vossen en listige apen mager zijn. Dit wijst erop dat macht en wil omgekeerd evenredig zijn aan het verkrijgen van levensonderhoud. Hoe meer een wezen op zijn macht en wil vertrouwt, des te heviger de bezorgdheid wordt in het verkrijgen van levensonderhoud.