De Miradj (De Hemelreis van de Profeet)

O toehoorder! Mogelijk komt de volgende gedachte bij je op, waarin je zegt: “Hoe kan ik dit geloven? Wat betekent het om, na het doorkruisen van duizenden jaren en het passeren van zeventigduizend sluiers, uiteindelijk Degene te ontmoeten Die ons dichterbij is dan alles?

Wij antwoorden hierop het volgende: Allah is inderdaad dichter bij elk ding dan dat ding bij zichzelf is. Maar tegelijkertijd is elk ding oneindig ver van Hem verwijderd.

Bijvoorbeeld, stel dat de zon bewustzijn en het vermogen om te spreken had; dan zou zij via een spiegel in je hand met je kunnen spreken en op jou naar wens invloed kunnen uitoefenen. In een spiegelend oog, zoals je pupil, zou zij zelfs dichter bij jou zijn dan jij bij jezelf. Toch zou jij, ondanks haar nabijheid, nog altijd duizenden kilometers van haar verwijderd zijn en op geen enkele wijze tot haar kunnen naderen. Alleen wanneer je zou opstijgen tot het niveau van de maan, zou je haar licht rechtstreeks kunnen weerspiegelen.

Evenzo is de Majesteitelijke Heer – de Eeuwige Zon – dichter bij alles dan dat alles bij zichzelf is, terwijl alles tegelijkertijd oneindig ver van Hem verwijderd blijft. Enkel door de gehele schepping te doorkruisen, zich los te maken van individualiteit en op te stijgen langs de niveaus van universaliteit, door duizenden sluiers heen, kan een mens naderen tot een Naam van Allah die de hele schepping omvat. En zelfs dan moeten er nog talloze niveaus worden overstegen voordat men een bepaalde nabijheid tot Allah kan ervaren.

Ook dit wordt verduidelijkt in de volgende vergelijking: een gewone soldaat bevindt zich op grote afstand van de opperbevelhebber. Slechts een kleine afspiegeling van diens gezag ervaart hij – als achter vele sluiers – in de persoon van zijn korporaal, naar wie hij opkijkt. Om werkelijke nabijheid tot de opperbevelhebber te bereiken, moet hij echter talloze hogere rangen doorlopen – van luitenant tot kapitein, van majoor tot generaal. Toch is diezelfde opperbevelhebber, via zijn bevelen, wetten, blik, oordelen en kennis, zowel in fysieke als in spirituele zin daadwerkelijk nabij aan die soldaat. Aangezien deze waarheid op onweerlegbare wijze is aangetoond in het Zestiende Woord, volstaan we hier met deze korte verwijzing.

Wellicht komt nu de volgende gedachte bij je op: “Maar ik ontken het bestaan van de hemelen en geloof niet in de engelen. Hoe zou ik dan kunnen aanvaarden dat iemand door de hemelen reist en met engelen spreekt?”

Inderdaad, mensen zoals jij – wier verstand zich beperkt tot wat hun ogen kunnen zien en wier blik vertroebeld is – zijn lastig te overtuigen. Maar omdat de waarheid zó helder is dat zelfs blinden haar kunnen waarnemen, zeggen wij het volgende:

Het lijdt geen twijfel dat de hemel gevuld is met ether. Verschijnselen zoals licht, elektriciteit en warmte wijzen immers duidelijk op het bestaan van een subtiele, vloeiende stof die de ruimte doordringt. Zoals vruchten hun boom, bloemen hun grasveld, korenaren hun akker en vissen hun zee vanzelfsprekend aantonen, zo tonen de sterren onvermijdelijk het bestaan van hun oorsprong, hun akker, hun zee en hun hemelse weide – voor wie met het oog van het verstand kijkt.