Een Reis naar het Bestaan van de Schepper

Dit mysterie is verhelderd met een overlevering, een subtiel voorbeeld in de vorm van een gelijkenis.

 

Azrā’īl (as), de engel des doods, zei tegen Allah de Rechtvaardige: ‘Vanwege mijn taak om de zielen uit de lichamen te halen, zullen Uw dienaren zich over mij beklagen en boos op mij worden.’

 

Allah de Rechtvaardige antwoordde hem daarop in de taal der wijsheid: ‘Ik zal een sluier tussen jou en Mijn dienaren plaatsen, bestaande uit ziektes en tegenslagen, zodat hun klachten zich daarop richten en zij niet boos op jou worden.’

 

Kijk, ziektes fungeren als een sluier en alle bitterheid die men met een oppervlakkige blik ten opzichte van de dood ervaart, wordt toegeschreven aan de ziektes. En de waarheid, namelijk de wijsheid en schoonheid die verborgen zitten achter het nemen van de zielen van de doden, worden toegeschreven aan Azrā’īl (as) als onderdelen van zijn taken. Evenzo is Azrā’īl (as) zelf een sluier. Evenzo is Azrā’īl (as) zelf ook een sluier. Hij wordt gezien als de oorzaak van de omstandigheden die bij het nemen van de zielen genadeloos lijken en op het eerste gezicht niet in overeenstemming zijn met de volmaakte barmhartigheid van Allah. Hij dient als vertegenwoordiger van dit ambt en als sluier voor de goddelijke macht.

 

Inderdaad, de waardigheid en grootheid van Allah vereisen dat de oorzaken als een sluier dienen voor de macht van Allah ten opzichte van het verstand. De eenheid en majesteit van Allah vereisen dat de oorzaken hun handen weghouden van het tot stand brengen van iets.