Soefisme: De Weg van Welāya

Voorwaar, degenen die in een dergelijke toestand verkeren, dienen zich volgens de richtlijnen van de sharia te behoeden voor zelfingenomenheid, de principes van usūlud-dīn als maatstaaf aan te nemen en de leiding van de muhaqqiqīn onder de ewliyā’s, zoals die van Imam-i Ghazālī en Imam-i Rabbānī, op te volgen. Zij dienen voortdurend hun eigen nefs aan te klagen en dienen altijd te beseffen dat zij machteloos en behoeftig zijn en vol met fouten zitten.

 

Alle extatische uitingen op deze weg ontstaan uit eigenliefde, want het oog van liefde kent geen fouten. Een dergelijke persoon gelooft hierdoor erin dat zijn nefs, waardeloos als een stukje glas, de waarde heeft van een diamant of edelsteen. De gevaarlijkste fout die bij dergelijke personen voorkomt, is de volgende:

 

De meningen en opvattingen die als ingevingen bij hen opkomen, beschouwen zij als ‘Kelāmullah’ en zij benoemen deze dan als verzen. En van daaruit ontwikkelt zich een gebrek aan respect ten aanzien van de openbaring van Allah, in al haar verhevenheid en heiligheid. Inderdaad vormen de ingevingen van alle schepselen, vanaf de bijen en alle dieren tot aan de mensen en vanaf de gewone engelen tot aan de aartsengelen, een soort verheven woord van de Heer. Echter, in overeenstemming met de bekwaamheden van de ontvangers en hun persoonlijke niveaus verschijnen de flitsen van Zijn woorden elk op zich op verschillende wijze.