Soefisme: De Weg van Welāya

De zevende: sommige soefi’s, die spiritueel genot ervaren en daardoor hun geestdrift vermeerderen, geven op hun spirituele reizen de voorkeur aan trots, overdreven uitspraken en opvattingen, publieke aandacht en achting en de wens het middelpunt te zijn boven het uiten van dankbaarheid, indringende smeekbedes en terughoudendheid voor de mens, en storten zich op deze manier in de afgrond. En dat terwijl het hoogste niveau van dienaarschap de dienaarschap van Muhammed (saw) is, welke ook wel als mahbūbiyya wordt aangeduid. En wat de volmaaktheid van dienaarschap betreft, deze kan door middel van indringende smeekbedes, het uiten van dankbaarheid, hartstochtelijk smeken, deemoedigheid, machteloosheid, behoeftigheid en terughoudendheid bereikt worden. Enkele van de grote ewliyā’s hebben op een bepaald tijdstip onopzettelijk een hoogmoedige hoedanigheid aangenomen en overdreven uitspraken en opvattingen geuit. Echter, men mag dergelijke personen, wanneer zij zich in deze bedwelmende toestand bevinden, niet navolgen. Dus, deze ewliyā’s bevinden zich zelf op istiqāma, maar kunnen voor anderen niet als leidraad dienen.

 

De achtste afgrond: sommige zelfzuchtige en ongeduldige soefi’s willen van de vruchten van welāya, welke in feite aan het hiernamaals toebehoren, in deze wereld genieten en storten zich op die manier in afgrond. Echter, op basis van sommige verzen zoals

وَمَا الْحَيٰوةُ الدُّنْيَاۤ اِلاَّ مَتَاعُ الْغُرُورِ