Het Geloof en de Mens
Evenzo heeft de mens door de macht van Allah een belangrijke aanleg en van de lotsbeschikking waardevolle programma’s gekregen. Wanneer de mens in deze krappe wereld zijn spirituele aanleg voor de lusten van zijn nefsEen aspect van de ziel dat de kwaadaardige eigenschappen van een mens in zich herbergt. misbruikt, zal hij zoals een bedervend zaad omwille van een beperkte en geringe genieting binnen een kortstondig leven, in een krappe ruimte en onder moeilijke omstandigheden bederven. Alle verantwoordelijkheden ten opzichte van de geboden en de verboden van Allah zal hij op zijn schouders nemen en nadien zal hij deze wereld verlaten. Indien de mens daarentegen zijn zaad van bekwaamheden met het water van de Islam en het licht van de īmānHet geloven in de zes pilaren van het geloof (het bestaan en de eenheid van Allah, de hemelse geschriften, de profeten, de engelen, het hiernamaals en de goddelijke lotsbeschikking).Het geloven in de zes pilaren van het geloof (het bestaan en de eenheid van Allah, de hemelse geschriften, de profeten, de engelen, het hiernamaals en de goddelijke lotsbeschikking). onder de aarde van dienaarschap doet ontkiemen, de bevelen van de Koran naleeft en zijn spirituele aanleg op juiste doeleinden richt, dan zal dat zaad uiteraard in ālem-i misālEen niet-materieel rijk waarin zich de beelden van het gehele bestaan en alle gebeurtenissen reflecteren. en in ālem-i berzakhEen rijk waarin de zielen van de overledenen wachten tot de wederopstanding. ontkiemen en in het paradijs als bron van eindeloze volmaaktheden en gunsten tot een eeuwige boom en tot een eeuwige waarheid uitgroeien. Zodoende neemt de waarde van dat zaad toe, functioneert het als een uitstekende machine en transformeert het zich tot een gezegende en stralende vrucht van de scheppingsboom.
Inderdaad, men kan de ware vooruitgang ondervinden wanneer hij zijn vermogens en spirituele zintuigen, zoals zijn hart, ziel, verstand en zijn inbeeldingsvermogen, naar het eeuwige leven richt, zodat elk ervan zich met de hem toebedachte dienstbaarheid en aanbidding bezighoudt.