Ashāb: Metgezellen van de Profeet (saw)

De eerste: zich direct laten meevoeren door de aantrekkingskracht van de waarheid, zonder de tussenfase van de tarīqa te betreden, en de waarheid ontdekken in het uiterlijke zelf.

 

De tweede: stap voor stap spiritueel opstijgen door de spirituele niveaus.

 

Hoewel de ewliyā’s hun nafs uitdoven en overwinnen, kunnen zij toch niet het niveau van de metgezellen bereiken. De nufūs van de ashāb waren namelijk niet vernietigd, maar gezuiverd en geheiligd. Daarom waren zij – met al hun zintuigen en innerlijke vermogens – ontvankelijk voor alle vormen van aanbidding, dankbaarheid en lofprijzing. En omdat de ewliyā’s hun nafs uitdoven, verliest hun aanbidding een zekere levendigheid en frisheid.

 

Derde Aspect

 

De ashāb zijn op het gebied van voortreffelijke daden, de hasenāt die zij daarvoor ontvangen, en hun spirituele verhevenheid met betrekking tot het Hiernamaals niet te evenaren.

 

Immers, net zoals een soldaat onder bijzondere omstandigheden – wanneer hij op een gevaarlijke en strategisch belangrijke post één uur de wacht houdt – evenveel verdienste kan verkrijgen als met een jaar van aanbidding, en net zoals hij, wanneer hij door een kogel wordt getroffen en als shehīd deze wereld achterlaat, in één minuut een graad van welāya kan bereiken die normaal pas na veertig jaar zou worden verworven – evenzo was de dienst van de ashāb in het vestigen van de islam en het verspreiden van de voorschriften van de Koran, en hun inzet en standvastigheid voor de islam terwijl de hele wereld tegen hen was, zó verheven dat wat zij in één enkele minuut verrichtten, voor anderen zelfs in een jaar niet te bereiken is.

 

Er kan zelfs gezegd worden dat elke minuut van hun heilige dienst te vergelijken is met die ene minuut van de soldaat tijdens zijn martelaarschap. En elk uur van hun leven was als het uur van een soldaat die standhoudt op een dodelijke, angstaanjagende en uiterst strategische positie. Hoewel de uiterlijke omvang van hun handelingen gering leek, was de beloning groots en de waarde ervan onmetelijk verheven.

 

Inderdaad, aangezien de ashāb de allereerste generatie is die betrokken was bij de vestiging van de islam en de verspreiding van het licht van de Koran, wordt – op basis van het geheim achter de uitspraak اَلسَّبَبُ كَالْفَاعِلِ – een deel van de verdiensten van de goede daden van de gehele islamitische gemeenschap ook aan hen toegekend. De smeekbede

اَللّٰهُمَّ صَلِّ عَلٰى سَيِّدِنَا مُحَمَّدٍ وَعَلٰۤى اٰلِهِ وَاَصْحَابِه

laat zien dat de metgezellen mede-deelgenoten zijn in de hasenāt (goede daden) van de gehele umma.