Van Wonder tot Uitvinding: Wonderen van Profeten

Nog een voorbeeld: het vers

وَعَلَّمَ اٰدَمَ اْلاَسْمَاۤءَ كُلَّهَا En Hij onderwees Adem al Zijn namen, allemaal. – De Koran 2:31

geeft het volgende aan: “Het grootste wonder van Adem (as) met betrekking tot zijn aanspraak op het grote kalifaat is dat hem alle namen werden onderwezen.” Hoewel de wonderen van andere profeten wijzen op afzonderlijke ontwikkelingen en ontdekkingen binnen de vooruitgang van de mensheid, wijst het wonder van Adem (as), de vader van alle profeten en de eerste van de raad der profeten, op de uiteindelijke grenzen en hoogste doelen van alle menselijke volmaaktheid en vooruitgang.

Allah de Rechtvaardige zegt met de impliciete betekenis van dit vers het volgende:

“O kinderen van Adem! Omdat Ik aan jullie vader, als bewijs van zijn superioriteit in zijn aanspraak op het kalifaat tegenover de engelen, alle namen heb onderwezen, moeten ook jullie, als zijn nakomelingen en erfgenamen van zijn aanleg, alle namen leren kennen. Hierdoor kunnen jullie bewijzen dat het terecht is dat de grootste amanahHet toevertrouwde aan jullie is toevertrouwd en kunnen jullie jullie voortreffelijkheid en superioriteit aantonen ten opzichte van alle schepselen. Immers, in het universum is de weg voor jullie geopend om de hoogste positie te bereiken, boven alle schepselen, zodat zelfs de grootste schepselen, zoals de aarde, aan jullie onderworpen zijn. Zet je dus in en houd je vast aan een van Mijn namen, en stijg verder op!

Maar let op! Jullie vader werd ooit misleid door de duivel en viel tijdelijk van een plaats als het Paradijs naar de aarde. Zorg ervoor dat jullie in jullie vooruitgang niet dezelfde fout maken door de duivel te volgen en van de hemelen van Mijn goddelijke wijsheid te vallen naar de dwaasheid van natuurverering. Hef van tijd tot tijd je hoofd op en richt je aandacht op Mijn Schone Namen, zodat jullie door jullie wetenschap en vooruitgang ladders bouwen om naar die hemelen te stijgen. Zo kunnen jullie opstijgen naar Mijn Goddelijke Namen, die de bron en waarheid zijn van jullie wetenschap en volmaaktheid, en kunnen jullie met jullie hart door de kijker van die Namen naar Mij, jullie Heer, kijken.”