De Wonderen van Muhammed (saw)

De vierde waarheid

 

Bovendien spreekt hij (saw), die de eenheid van Allah en de gelukzaligheid verkondigt en die de bron van alle volmaaktheden en de leraar van alle verhevene welgemanierdheden is, niet vanuit zichzelf, veeleer dient hij als vertolker van de Schepper der universum. Hij is onderwezen door zijn pre-eeuwige Leermeester en heeft nadien datgene wat aan hem is overgedragen aan anderen onderwezen. Immers, de Schepper der universum heeft met de duizenden bewijzen voor zijn profeetschap, die gedeeltelijk in de bovenvermelde verwijzingen zijn behandeld, en met alle wonderen, welke via zijn (saw) hand tot stand zijn gebracht, laten zien dat de profeet in Zijn naam spreekt, dat hij Zijn woord verkondigt. 

 

Bovendien toont de Koran via zijn veertig zowel impliciete als expliciete wonderlijke aspecten aan dat hij (saw) de vertolker is van Allah de Rechtvaardige. 

 

Bovendien heeft hij (saw) met zijn totale oprechtheid, godvrezendheid, ernst, betrouwbaarheid en met al zijn overige handelingen en houdingen aangetoond, dat hij niet uit zichzelf, maar namens zijn Schepper heeft gesproken. 

 

Bovendien zijn alle waarheidsgetrouwe gelovigen ervan overtuigd, en zij bevestigen ook via hun onderzoeken en onthullingen, dat de profeet niet vanuit zichzelf, maar namens de Schepper van het universum spreekt. Hij (saw) is onderwezen door Hem en heeft nadien datgene wat aan hem is overgedragen aan anderen onderwezen. 

 

Zodoende berusten zijn oprechtheid en waarheidsgetrouwheid op deze vier zeer krachtige punten.

 

De vijfde waarheid

 

Bovendien zag hij (saw), de vertolker van de Koran, de spirituele wezens, hij communiceerde met de engelen en begeleidde de djinns en de mensen. Profeet Muhammed (saw) werd door Allah niet alleen binnen het domein van mensen en djinns, maar zelfs ver buiten het domein van engelen en geesten onderwezen. De bovenvermelde wonderen en de geschiedenis van zijn leven, welke op tewātur berusten, bewijzen deze waarheid. 

 

Zodoende konden noch djinns noch engelen noch geesten en zelfs noch aartsengelen, met uitzondering van Djibrīl (as), zich, in tegenstelling tot de berichten van waarzeggers en overige berichtgevers vanuit ghayb, in de tot hem (saw) komende berichten mengen. Hij (saw) liet bovendien zelfs Djibrīl (as), die hem gedurende de meeste momenten vergezelde, in sommige gevallen achter zich.