De Wonderen van Muhammed (saw)
Het tweede principe
Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt WesselāmVrede zij met jullieDe Eerbiedwaardige Boodschapper (saw). was enerzijds een mens, waardoor hij dienovereenkomstig als een mens gedroeg, anderzijds was hij een boodschapper waardoor hij dienovereenkomstig als een vertolker en als een gezant van Allah de Rechtvaardige heeft gediend. Zijn profeetschap berust op datgene wat hem is geopenbaard, hetgeen in twee vormen voorkomt.
De eerste vorm is de expliciete openbaring waarbij Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt WesselāmVrede zij met jullieDe Eerbiedwaardige Boodschapper (saw). slechts een vertolker, een verkondiger en een overdrager is zonder enige eigen inbreng erin te hebben. Dit zijn de verzen van de Koran en enkele hadīth-qudsīHet woord van Allah buiten de Koran die door profeet Muhammed (saw) is overgeleverd.Het woord van Allah buiten de Koran die door profeet Muhammed (saw) is overgeleverd.'s.
De tweede vorm is de impliciete openbaring waarbij de essentie en de kern ervan eveneens op een openbaring of op een ingeving berusten, maar de toelichting en de beschrijving ervan zijn overgelaten aan Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt WesselāmVrede zij met jullieDe Eerbiedwaardige Boodschapper (saw).. Wanneer hij zulke openbaringen toelicht en beschrijft, steunt hij hier eveneens soms op openbaringen of op ingevingen, en soms beschrijft hij deze volgens zijn eigen inzicht. Wanneer hij echter teruggrijpt op zijn eigen interpretatie, beschrijft hij deze ofwel via een heilige volmacht op grond van zijn profeetschap, ofwel op grond van zijn menselijke hoedanigheid via zeden, gewoonten en gebruiken volgens de standaarden van menselijke normen.
Zodoende zou men dus niet alle beschrijvingen en bijzonderheden van een hadithDe Islamitische overlevering betreffende de handelingen en uitspraken van profeet Muhammed (saw) zodanig dienen te beschouwen alsof zij zuivere openbaringen zouden zijn. Men dient ook niet de verheven tekenen van zijn profeetschap in zijn handelingen en gedachten te zoeken welke zich vanuit zijn menselijkheid hebben ontwikkeld. Aangezien enkele waarheden aan hem in een beknopte en in een onvoorwaardelijke vorm zijn geopenbaard en hij deze zelf in overeenstemming met zijn eigen inzicht en vanuit een algemeen begrip beschrijft, hebben de beeldrijke uitdrukkingen en gelijkenissen in zijn beschrijvingen soms behoefte aan interpretaties of zelfs aan uitleg. Immers, sommige waarheden kunnen alleen met vergelijkingen nader bij het verstand worden gebracht.