De Wonderen van Muhammed (saw)

Ten tijde van het kalifaat van Ali (ra) hebben vele verschillende volkeren zich met elkaar gemengd. Binnen die volkeren, die in zich de kiem van de ideeën droegen die zich nadien in drieënzeventig sekten zouden ontwikkelen over welke de profeet (saw) had bericht, zijn verwarrende gebeurtenissen tot stand gekomen. In zo’n hectische tijd was er behoefte aan iemand die evenals Ali (ra), met een buitengewone moed en scherp inzicht, met macht en met respect afkomstig van de Hashimīten en vanuit de nakomelingen van de profeet, opdat hij die verwarrende gebeurtenissen kon weerstaan. En precies datgene heeft hij gedaan zoals Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt Wesselām had bericht: “Ik heb gestreden voor de openbaring van de Koran, jij zal strijden voor de interpretatie ervan.”

 

Indien Ali (ra) er niet geweest zou zijn, dan zou de mogelijkheid hebben bestaan dat de wereldse heerschappij de leiders van de Umayyaden volledig van het rechte pad had doen afdwalen. 

 

Aangezien zij echter Ali (ra) en de nakomelingen van de profeet tegenover zich aantroffen, wilden zij tonen dat hun spirituele niveaus niet voor die van Ali (ra) en zijn nakomelingen onderdeden, opdat zij in de ogen van de moslims hun status intact konden houden. Daardoor zagen de leiders van de Umayyaden niet op direct persoonlijke wijze, maar door het aansporen en motiveren van hun onderdanen en aanhangers, zich genoodzaakt met al hun kracht de waarheden van de Islam en de īmān en de voorschriften van de Koran te behouden en te verspreiden. Zodoende hebben zij honderdduizenden onderzoekende mudjtehidīn, volmaakte hadithgeleerden, ewliyā’s en asfiyā’s opgeleid. Indien zij daarentegen zich niet tegenover de machtige welāyet, de godsdienstigheid en de volmaaktheid van de nakomelingen van de profeet aangetroffen zouden hebben, dan zouden zij hoogstwaarschijnlijk volledig afgedwaald zijn, zoals dat aan het einde van de dynastie der Umayyaden en der Abbasīden is geschied. 

 

Indien er wordt gesteld: waarom is het islamitische kalifaat niet door de nakomelingen van de profeet voortgezet, hoewel zij daar in feite het meest geschikt en het meest op ingesteld waren? 

 

Het antwoord: de wereldse heerschappij is bedrieglijk. De nakomelingen van de profeet zijn daarentegen benoemd om de islamitische waarheden en de voorschriften van de Koran in stand te houden. Degene die het kalifaat of het sultanaat bekleedt, dient ofwel zondeloos te zijn als een profeet ofwel een buitengewoon hart te bezitten die aan Allah gewijd is zoals de eerste vier rechtgeleide kaliefen of zoals het geval bij Omar ibn-i Abdulaziz van de Umayyaden of bij Mehdī van de Abbasīden, opdat hij voor geen enkele verleiding, geen enkel bedrog zal bezwijken.