De Wonderen van Muhammed (saw)
Inderdaad heeft Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt WesselāmVrede zij met jullieDe Eerbiedwaardige Boodschapper (saw). het volgende verkondigd: “Ik ben de gezant van de Schepper van het universum. Mijn bewijs daarvoor is dat Hij Zijn vaste gewoontes en Zijn ongebroken natuurwetten ten gevolge van mijn smeekbede en mijn verzoek zou willen veranderen. Kijk eens naar mijn vingers! Hij doet deze als een bron met vijf uitmondingen vloeien. Kijk naar de maan! Door een aanwijzing met mijn vinger splijt Hij haar in tweeën. Zie die boom daar! Teneinde mijn profeetschap te bevestigen komt hij naar mij toe en legt hij zijn getuigenis af. Aanschouw dit voedsel! Hoewel het nauwelijks toereikend is voor twee à drie man, komt het twee- à driehonderd man ten goede.” En zo heeft hij nog honderden andere wonderen aangetoond.
De bewijzen van zijn waarachtigheid en voor zijn profeetschap beperken zich echter niet tot zijn wonderen. Veeleer, nagenoeg al zijn handelingen en daden, zijn uitspraken en zijn levenshouding, zijn morele geaardheid en zijn omgangsvormen, zijn innerlijke en uiterlijke verschijning bewijzen aan de opmerkzame waarnemers zijn waarachtigheid en zijn integriteit. Zelfs Abdullah ibn-i Selām, een beroemde geleerde onder de Israëlieten, en vele anderen zoals hij bekeerden zich tot het geloof na een enkele ontmoeting met deze eerbiedwaardige persoon (saw) waarbij zij onder de indruk raakten. Zij hebben gezegd: “Deze persoonlijkheid kent geen bedrog, geen valsheid. In zijn gezicht kan misleiding en bedrog niet aanwezig zijn.”
Hoewel de onderzoekers onder de geleerden gezegd hebben dat er ongeveer duizend wonderen en bewijzen voor zijn profeetschap bestaan, zijn er echter nog duizenden, wellicht honderdduizenden bewijzen voor zijn profeetschap. En honderdduizenden mensen, die ieder verschillende beschouwingen hebben, hebben zijn profeetschap op honderdduizenden verschillende manieren bevestigd. De Koran alleen al toont met duizend bewijsstukken en tekenen de profeetschap van Muhammed (saw) aan, nog afgezien van het feit dat de Koran zelf in veertigvoudige opzichten een wonder is.