De Wonderen van Muhammed (saw)

En zo bestaan er nog vele soortgelijke betrouwbare verkondigingen met betrekking tot ghayb die hebben plaatsgevonden. Deze zijn in de bekende Kutūb-u Sitte-i Hadīthiyya (de Zes Hadith Verzamelingen) met overdrachtsketenen vermeld. De meeste gebeurtenissen die in deze verhandeling zijn vermeld, zijn definitief en aannemelijk als mānewī tewātur. Ze zijn met bronvermeldingen en overdrachtsketenen vermeld in zowel Bukhārī en Muslim, die door de muhaqqiqīn na de Koran als de meest betrouwbare boeken worden beschouwd, als in boeken Sahīh Tirmidī, Ebu Dāwud, Nesāī, Mustedraq van el-Hākim, Musned van Ahmed ibn Hanbel en Delāīl van Beyhāqī.

 

Welnu dan, o jij zwakzinnige godsloochenaar! Je kan je er niet van afmaken door alleen te zeggen: “Muhammed de Arabier was een intelligente man.” Immers, deze betrouwbare uitspraken van Ahmed (saw) over de gebeurtenissen met betrekking tot ghayb zijn slechts op twee manieren verklaarbaar. Ofwel je gaat zeggen, als eerste verklaring: “Deze heilige persoon bezit een zodanig scherp inzicht en een zo verreikende genialiteit, dat hij het verleden, de toekomst en de gehele wereld kan overzien en doorgronden. Hij beschikt over een oog waarmee hij in staat is om alle kanten van de wereld, het oosten en het westen te aanschouwen. Hij is een genie dat alle voorbije en toekomstige gebeurtenissen weet te ontsluieren.” Een mens kan zulke kwaliteiten niet bezitten. Indien hij deze echter wel zou bezitten, dan zouden deze hem als wonderbaarlijke bekwaamheden en als een geschenk door de Schepper van het universum zijn verleend. En dit zou op zich reeds een heel groot wonder zijn.

 

Ofwel zou je echter dienen te geloven, dat deze gezegende persoon een student, een met een opdracht begunstigde persoon van de Heer is Die alles ziet en alles beheert. Al het bestaande en alle tijdperken bevinden zich onder Zijn gezag. Alles is vastgelegd in Zijn ‘grote boek’, opdat Hij dat, wanneer Hij dat wil, aan Zijn student bekend maakt en aan hem voor ogen leidt. Dat houdt in dat Muhammed de Arabier (saw) van zijn pre-eeuwige Meester zijn lessen ontvangt en alle kennis daaruit overdraagt.