De Wonderen van Muhammed (saw)

Dit vers verkondigt deze gebeurtenis en brengt haar tot uitdrukking. En aangezien dit vers naar deze gebeurtenis verwijst, kan aan de juistheid ervan geen twijfel meer bestaan.

 

Het kwam zelfs veelvuldig voor dat, wanneer Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt Wesselām een regensmeekbede verrichtte, nog voordat hij zijn handen liet zakken het in hoge snelheid begon te regenen. Dit is op zich een mutewātir. En zelfs soms wanneer hij in de moskee, op de minber een regensmeekbede verrichtte, begon het te regenen voordat hij nog zijn handen had laten zakken. Voorwaar, deze overlevering berust op tewātur

 

De negende verwijzing

 

Een van de soorten wonderen van Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt Wesselām was dat bomen zich als mensen verplaatsten, hem gehoorzaamden en naar hem toe kwamen. Deze overleveringen omtrent de wonderen met betrekking tot bomen zijn, evenals de wonderen waarbij water uit zijn gezegende vingers stroomde, mānewī mutewātir. Zij zijn in verschillende vormen en vanuit verschillende bronnen overgeleverd.

 

Inderdaad, men kan vaststellen dat het bericht van een gebeurtenis waarbij een boom op bevel van Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt Wesselām haar plaats verliet en naar hem toekwam, duidelijk mutewātir is. Immers, te midden van de beroemde waarheidsgetrouwe ashāb zoals Ali (ra), Ibn Abbās (ra), ibn Mes’ūd (ra), ibn Omar (ra), Ya’le ibn Murra (ra), Djābir (ra), Enes ibn Malik (ra), Burayde (ra), Osāme bin Zeyd (ra), Qaylen ibn Seleme (ra) hebben elk van hen met zekerheid over hetzelfde wonder met betrekking tot bomen bericht. En honderden imams van de tābiīn hebben dit wonder met betrekking tot bomen via elk van de bovengenoemde ashāb en vanuit verscheidene bronnen overgeleverd. Zij hebben ons deze wonderen in de vorm van een veelvoudig bewijskrachtige tewātur overgebracht.

 

Voorwaar, men kan vaststellen dat deze wonderen met betrekking tot bomen van een zekere mānewī tewātur zijn, ten aanzien waarvan iedere vorm van twijfel is uitgesloten. We zullen hier van deze vele wonderen alleen enkele sahīh voorbeelden behandelen.

 

Het eerste voorbeeld

 

Imam ibn Mādje, Dārimī en Imam Beyhāqī vermelden via Enes ibn Malik (ra) en Ali (ra), en Bazzaz en Imam Beyhāqī vermelden via Omar (ra) een sahīh overlevering dat deze drie ashāb het volgende hebben verteld: