De Wonderen van Muhammed (saw)

Het derde voorbeeld

 

De biografen van de profeet, in het bijzonder Nesāī, berichten dat Osman ibn Huneyf het volgende heeft verteld:

 

Op een dag kwam een blinde man naar Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt Wesselām en vroeg of hij voor het openen van zijn ogen een smeekbede kon verrichten. Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt Wesselām zei hierop het volgende:

فَانْطَلِقْ وَتَوَضَّاْ ثُمَّ صَلِّ رَكْعَتَيْنِ وَقُلِ اللّٰهُمَّ اِنّٖى اَسْئَلُكَ وَاَتَوَجَّهُ اِلَيْكَ بِنَبِىِّ مُحَمَّدٍ نَبِىِّ الرَّحْمَةِ يَا مُحَمَّدُ اِنّٖى اَتَوَجَّهُ بِكَ اِلٰى رَبِّكَ اَنْ يَكْشِفَ عَنْ بَصَرٖى اَللّٰهُمَّ شَفِّعْهُ فِىَّ

Zo ging hij heen, deed wat hem was opgedragen en keerde terug met ogen die goed konden zien.

 

Het vierde voorbeeld

 

Ibn Wehab, een grote imam, vermeldt het volgende:

 

Mu’awwiz ibn Afra’, een van de veertien shuhedā bij de slag van Bedr, had met Ebu Djehl gestreden. De vervloekte Ebu Djehl had een hand van deze held verwond. Daarop pakte hij met zijn andere hand zijn verwondde hand beet en liep ermee naar Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt Wesselām. Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt Wesselām zette de verwondde hand weer terug in haar vorm, bestreek haar met zijn speeksel en het was onmiddellijk genezen. Mu’awwiz (ra) keerde terug naar de slag en streed verder, totdat hij uiteindelijk shehīd werd.

 

Bovendien vermeldt Imam Djelīl ibn Wehab ook het volgende:

 

In dezelfde slag kreeg Hubeyb ibn Yesef een zwaardslag op zijn schoudergordel waardoor er een vreselijke wond ontstond, alsof zijn schouder in tweeën was gehakt. Rasūl-i Ekram Aleyhissalāt Wesselām zette de verwondde schouder weer terug in haar vorm, blies erover heen en deze was onmiddellijk genezen.