Éne (Het Ik): Het Grote Toevertrouwde

Echter, ène zelf is een uiterst ingewikkeld mysterie en een moeilijk te openen slot. Wanneer de ware aard en het scheppingsgeheim van ène worden begrepen, wordt niet alleen ène zelf ontsloten, maar ook het universum. Dit gaat als volgt:

 

De Alwijze Schepper heeft aan de mens een ène toevertrouwd, waarmee hij de waarheden van Zijn beheer en eigenschappen kan laten zien en kenbaar maken. Aldus dient ène als een vergelijkingsmaatstaf, zodat de goddelijke eigenschappen en de eigenschappen van Zijn beheer kunnen worden gekend.

 

Een vergelijkingsmaatstaf hoeft echter niet werkelijk te bestaan. Net zoals in de meetkunde hypothetische lijnen kunnen worden getekend, kan een vergelijkingsmaatstaf enkel als een abstractie of concept dienen, zonder noodzakelijk een reëel bestaan te hebben.

 

Vraag: waarom is de kennis van de namen en eigenschappen van Allah afhankelijk van ène?

 

Antwoord: omdat iets wat absoluut en alomvattend is geen grenzen of einde heeft, kan men het geen vorm geven of concreet vastleggen, en kan de aard ervan niet worden begrepen. Bijvoorbeeld, een voortdurend licht kan niet worden herkend of waargenomen zonder duisternis. Pas wanneer er met een echte of ingebeelde duisternis een grens wordt getrokken, kan het licht worden begrepen. 

 

Inderdaad, aangezien de eigenschappen en de namen van Allah –zoals kennis en macht, de Alwijze en de Genadevolle– alomvattend, grenzeloos en zonder gelijken zijn, kunnen ze niet worden bepaald, gekend of waargenomen. Doordat ze geen werkelijke grenzen of einde hebben, dient er een denkbeeldige en hypothetische grens te worden getrokken. En dat is precies wat ène doet.

 

Ène stelt zich voor dat het over een ingebeelde heerschappij, eigenaarschap, macht en kennis beschikt en trekt op die manier een grens. Met die grens bepaalt het een denkbeeldige grens voor de alomvattende goddelijke eigenschappen en zegt: ‘Tot hier is het van mij, en vanaf hier behoort het Hem toe.’ Zodoende begint het de goddelijke eigenschappen geleidelijk te begrijpen door middel van zijn eigen beperkte maatstaven.

 

Bijvoorbeeld,

-  Door zijn denkbeeldige heerschappij binnen zijn eigen domein te ervaren, begrijpt het de heerschappij van zijn Schepper over de schepping.

-  Door zijn ogenschijnlijke eigenaarschap te ervaren, begrijpt ène het ware eigenaarschap van Allah. Het zegt: ‘Net zoals ik de eigenaar ben van dit huis, is de Schepper de   Eigenaar van dit universum.’

-  Met zijn beperkte kennis begrijpt het de oneindige kennis van Allah.

-  Met zijn kleine, verworven vakmanschap begrijpt ène de scheppingskunst van Sāni-i zul-Djelāl.