33 Vensters naar het Bestaan van Allah

Het Dertigste Venster

لَوْ كَانَ فِيهِمَاۤ اٰلِهَةٌ اِلاَّ اللّٰهُ لَفَسَدَتَا

كُلُّ شَىْءٍ هَالِكٌ اِلاَّ وَجْهَهُ لَهُ الْحُكْمُ وَاِلَيْهِ تُرْجَعُونَ

Dit Venster is het venster van alle geleerden van ilm-i kalām die hun bewijsvoering baseren op de principes van imkān en hudūth, en daarmee het bestaan van Wādjibul-Wudjūd aantonen. Voor een gedetailleerde uitleg verwijzen we naar de grote werken van muhaqqiqīn, zoals Sharhu’l-Mawāqif en Sharhu’l-Maqāsid. Wij zullen echter slechts een paar lichtstralen tonen die, vanuit de zegening van de Koran en door dit venster, tot de ziel komen. Het gaat als volgt:

 

Het principe van autoriteit en heerschappij vereist dat het geen rivalen duldt en iedere vorm van partnerschap en inmenging afwijst. Als in een klein dorp twee dorpshoofden zouden zijn, zouden zij de rust en orde van dat dorp verstoren. Als in een district twee bestuurders of in een provincie twee gouverneurs zouden zijn, zouden zij chaos veroorzaken. Als in een land twee sultans zouden zijn, zou dat leiden tot een stormachtige verwarring en wanorde.

 

Als de zwakke schaduw en het kleine voorbeeld van autoriteit en heerschappij bij behoeftige en machteloze mensen geen rivaliteit, tegenstand of inmenging duldt, kun je je voorstellen hoe strikt en fundamenteel de wet van afwijzing van inmenging is voor de absolute heerschappij en soevereiniteit van de Almachtige Schepper. Aldus is de meest absolute en blijvende vereiste van goddelijkheid en heerschappij eenheid en het één zijn. Een duidelijk bewijs en een beslissende getuigenis hiervan is de perfecte orde en harmonie in het universum.

 

Van het vleugeltje van een mug tot aan de lichten van de hemellichamen, bestaat er zo’n perfecte orde dat het verstand uit bewondering en verbazing ‘SubhānAllāh, MāshāAllāh, BārakAllāh’ uitroept en de grootsheid van Allah uitdrukt. Indien er zelfs maar een greintje van partnerschap mogelijk zou zijn, zou - zoals het vers

لَوْ كَانَ فِيهِمَاۤ اٰلِهَةٌ اِلاَّ اللّٰهُ لَفَسَدَتَا

aangeeft - de orde in het universum vernietigd worden, het beeld veranderen en zouden de tekenen van chaos zichtbaar worden.

 

Maar zoals de verzen

فَارْجِعِ الْبَصَرَ هَلْ تَرٰى مِنْ فُطُور - ثُمَّ ارْجِعِ الْبَصَرَ كَرَّتَيْنِ يَنْقَلِبْ اِلَيْكَ الْبَصَرُ خَاسِئًا وَهُوَ حَسِيرٌ

aangeven, zal het menselijke oog - terwijl het probeert gebreken te vinden- nergens fouten ontdekken en uiteindelijk moe en gefrustreerd opgeven en terugkeren. Het zal tegen het kritische verstand dat het op deze weg heeft geleid zeggen: “Ik heb me tevergeefs vermoeid. Er zijn geen gebreken.”  

 

Dit toont aan dat de orde en harmonie van het universum uiterst perfect is. Aldus is de orde in het universum een absoluut bewijs van de eenheid van Allah.